lichtgewicht
Dutch (Brabantic)
/ˈlɪxt.xəˌʋɪxt/
noun
Definitions
- (sports) lightweight player with a low mass
- lightweight, someone with little skill or competence
- A lightweight object.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish licht (light) + Dutch, Flemish gewicht (weight).
Origin
Dutch (Brabantic)
gewicht
Gloss
weight
Concept
Semantic Field
Sense perception
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
🏋️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aasgewicht Dutch, Flemish
- allicht Dutch, Flemish
- contragewicht Dutch, Flemish
- devotielicht Dutch, Flemish
- dwaallicht Dutch, Flemish
- gewicht Dutch, Flemish
- gewichtig Dutch, Flemish
- gewichtloos Dutch, Flemish
- gewichtsverlies Dutch, Flemish
- inlichten Dutch, Flemish
- kaarslicht Dutch, Flemish
- knipperlicht Dutch, Flemish
- kunstlicht Dutch, Flemish
- licht Dutch, Flemish
- lichtbeeld Dutch, Flemish
- lichtbreking Dutch, Flemish
- lichtekooi Dutch, Flemish
- lichtelijk Dutch, Flemish
- lichtgas Dutch, Flemish
- lichtinval Dutch, Flemish
- lichtjaar Dutch, Flemish
- lichtknop Dutch, Flemish
- lichtkracht Dutch, Flemish
- lichtkroon Dutch, Flemish
- lichtlichaam Dutch, Flemish
- lichtpunt Dutch, Flemish
- lichtreactie Dutch, Flemish
- lichtsabel Dutch, Flemish
- lichtschip Dutch, Flemish
- lichtsnelheid Dutch, Flemish
- lichtstraal Dutch, Flemish
- lichttoren Dutch, Flemish
- lichtvat Dutch, Flemish
- lichtvervuiling Dutch, Flemish
- lichtvoetig Dutch, Flemish
- lichtzinnig Dutch, Flemish
- lichtzwaard Dutch, Flemish
- maanlicht Dutch, Flemish
- noorderlicht Dutch, Flemish
- overgewicht Dutch, Flemish
- pillicht Dutch, Flemish
- poollicht Dutch, Flemish
- schemerlicht Dutch, Flemish
- stoplicht Dutch, Flemish
- straatlicht Dutch, Flemish
- theelicht Dutch, Flemish
- toelichten Dutch, Flemish
- tweelicht Dutch, Flemish
- vederlicht Dutch, Flemish
- verkeerslicht Dutch, Flemish
- zodiakaallicht Dutch, Flemish
- zoeklicht Dutch, Flemish
- zonlicht Dutch, Flemish
- zwaailicht Dutch, Flemish
- zwaargewicht Dutch, Flemish
- *linhtaz Proto-Germanic
- gewichte Middle Dutch
- licht Middle Dutch
- lig Afrikaans
- licht
- gewicht
- allicht
- zonlicht
- lichtgas
- lichtvat
- pillicht
- poollicht
- inlichten
- theelicht
- lichtknop
- stoplicht
- lichtpunt
- maanlicht
- zoeklicht
- lichtjaar
- gewichtig
- tweelicht
- zwaailicht
- lichtinval
- lichttoren
- dwaallicht
- lichtsabel
- lichtekooi
- vederlicht
- lichtschip
- lichtelijk
- toelichten
- lichtkroon
- kunstlicht
- lichtbeeld
- aasgewicht
- kaarslicht
- gewichtloos
- lichtzwaard
- lichtzinnig
- lichtvoetig
- overgewicht
- lichtkracht
- lichtstraal
- straatlicht
- lichtlichaam
- lichtbreking
- knipperlicht
- noorderlicht
- zwaargewicht
- devotielicht
- schemerlicht
- lichtreactie
- contragewicht
- lichtsnelheid
- verkeerslicht
- zodiakaallicht
- lichtvervuiling
- gewichtsverlies