werker
Dutch (Brabantic)
/ˈʋɛr.kər/
noun
Definitions
- worker
Etymology
Affix from Dutch, Flemish werken (work).
Origin
Dutch (Brabantic)
werken
Gloss
work
Concept
Semantic Field
Basic actions and technology
Ontological Category
Action/Process
Kanji
働
Emoji
✂️ 🏗️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aanwerken Dutch, Flemish
- afwerken Dutch, Flemish
- band Dutch, Flemish
- bandwerker Dutch, Flemish
- beleidsmedewerker Dutch, Flemish
- bergwerker Dutch, Flemish
- bewerken Dutch, Flemish
- bijwerken Dutch, Flemish
- bos Dutch, Flemish
- boswerker Dutch, Flemish
- dak Dutch, Flemish
- dakwerker Dutch, Flemish
- dok Dutch, Flemish
- dokwerker Dutch, Flemish
- doorwerken Dutch, Flemish
- gemeentewerken Dutch, Flemish
- hoogwerker Dutch, Flemish
- inwerken Dutch, Flemish
- medewerker Dutch, Flemish
- meewerken Dutch, Flemish
- openwerken Dutch, Flemish
- overwerken Dutch, Flemish
- redding Dutch, Flemish
- reddingswerker Dutch, Flemish
- samenwerken Dutch, Flemish
- seks Dutch, Flemish
- sekswerker Dutch, Flemish
- tegenwerken Dutch, Flemish
- uitwerken Dutch, Flemish
- verwerken Dutch, Flemish
- wegwerken Dutch, Flemish
- werkbaar Dutch, Flemish
- werkbalk Dutch, Flemish
- werkdag Dutch, Flemish
- werkdier Dutch, Flemish
- werken Dutch, Flemish
- werkgebied Dutch, Flemish
- werking Dutch, Flemish
- werkman Dutch, Flemish
- werkmier Dutch, Flemish
- werkpaard Dutch, Flemish
- werkplaats Dutch, Flemish
- werkplek Dutch, Flemish
- werkster Dutch, Flemish
- werkstraf Dutch, Flemish
- werkuur Dutch, Flemish
- werkvloer Dutch, Flemish
- werkwoord Dutch, Flemish
- zwartwerken Dutch, Flemish
- werken Middle Dutch
- boswerker Afrikaans
- kontrakwerker Afrikaans
- mynwerker Afrikaans
- werker Afrikaans
- bos
- dak
- dok
- band
- seks
- werken
- redding
- werkuur
- werkdag
- werkman
- werking
- afwerken
- werkplek
- inwerken
- werkdier
- werkster
- werkbaar
- werkbalk
- bewerken
- werkmier
- aanwerken
- werkvloer
- bijwerken
- werkwoord
- dokwerker
- meewerken
- verwerken
- uitwerken
- dakwerker
- wegwerken
- werkpaard
- boswerker
- werkstraf
- werkgebied
- bergwerker
- medewerker
- openwerken
- werkplaats
- bandwerker
- doorwerken
- hoogwerker
- overwerken
- sekswerker
- zwartwerken
- samenwerken
- tegenwerken
- reddingswerker
- gemeentewerken
- beleidsmedewerker