viervoeter
Dutch (Brabantic)
/ˈviːrˌvu.tər/
noun
Definitions
- quadruped
- tetrapod, any member of the superclass Tetrapoda
- (affectionate) dog
- (poetry) tetrameter
Etymology
Affix from Dutch, Flemish vier (four) + Dutch, Flemish voet (foot, on foot, footed).
Origin
Dutch (Brabantic)
voet
Gloss
foot, on foot, footed
Concept
Semantic Field
The body
Ontological Category
Other
Emoji
🐾
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aarsvoet Dutch, Flemish
- barrevoets Dutch, Flemish
- barvoets Dutch, Flemish
- blootsvoets Dutch, Flemish
- blootvoets Dutch, Flemish
- drievoet Dutch, Flemish
- klavertjevier Dutch, Flemish
- klimvoet Dutch, Flemish
- klompvoet Dutch, Flemish
- koevoet Dutch, Flemish
- lichtvoetig Dutch, Flemish
- lotusvoet Dutch, Flemish
- stampvoeten Dutch, Flemish
- tegenvoeter Dutch, Flemish
- tweevoet Dutch, Flemish
- tweevoeter Dutch, Flemish
- tweevoetig Dutch, Flemish
- tweevoets Dutch, Flemish
- vastvoetig Dutch, Flemish
- vier Dutch, Flemish
- vierdaags Dutch, Flemish
- vierdeel Dutch, Flemish
- vierduitenstuk Dutch, Flemish
- vierduitstuk Dutch, Flemish
- vierhoekig Dutch, Flemish
- vierkant Dutch, Flemish
- viermotorig Dutch, Flemish
- vierpuntsdruktoets Dutch, Flemish
- vierspan Dutch, Flemish
- viertal Dutch, Flemish
- vierwieler Dutch, Flemish
- voet Dutch, Flemish
- voetafdruk Dutch, Flemish
- voetangel Dutch, Flemish
- voetbal Dutch, Flemish
- voetboog Dutch, Flemish
- voeteren Dutch, Flemish
- voetganger Dutch, Flemish
- voetknecht Dutch, Flemish
- voetkus Dutch, Flemish
- voetman Dutch, Flemish
- voetnoot Dutch, Flemish
- voetpad Dutch, Flemish
- voetslet Dutch, Flemish
- voetsoldaat Dutch, Flemish
- voetspoor Dutch, Flemish
- voetstap Dutch, Flemish
- voetstuk Dutch, Flemish
- voetveeg Dutch, Flemish
- voetveer Dutch, Flemish
- voetzool Dutch, Flemish
- zwartvoetpinguïn Dutch, Flemish
- vier Middle Dutch
- voet Middle Dutch
- vier Afrikaans
- voet Afrikaans
- voet
- vier
- voetkus
- voetman
- voetbal
- voetpad
- koevoet
- viertal
- vierspan
- voetveeg
- tweevoet
- klimvoet
- voeteren
- voetveer
- voetzool
- vierkant
- aarsvoet
- barvoets
- vierdeel
- drievoet
- voetboog
- voetstuk
- voetstap
- voetslet
- voetnoot
- voetangel
- vierdaags
- voetspoor
- tweevoets
- klompvoet
- lotusvoet
- vierwieler
- vierhoekig
- vastvoetig
- barrevoets
- tweevoeter
- voetafdruk
- blootvoets
- voetknecht
- tweevoetig
- voetganger
- viermotorig
- blootsvoets
- stampvoeten
- tegenvoeter
- voetsoldaat
- lichtvoetig
- vierduitstuk
- klavertjevier
- vierduitenstuk
- zwartvoetpinguïn
- vierpuntsdruktoets