kookboek
Dutch (Brabantic)
/ˈkoːk.buk/
noun
Definitions
- A cookbook, a recipe book book of culinary recipes.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish koken (cook, boil) + Dutch, Flemish boek (book, omasum).
Origin
Dutch (Brabantic)
boek
Gloss
book, omasum
Concept
Semantic Field
Speech and language
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
本
Emoji
📒 📓 📔 📕 📖 📗 📘 📙 📚️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aantekenboek Dutch, Flemish
- aantekeningenboek Dutch, Flemish
- boek Dutch, Flemish
- boekbeschouwer Dutch, Flemish
- boekdeel Dutch, Flemish
- boekdrukkunst Dutch, Flemish
- boeken Dutch, Flemish
- boekenkast Dutch, Flemish
- boekenkennis Dutch, Flemish
- boekenliefde Dutch, Flemish
- boekenliefhebber Dutch, Flemish
- boekenliefhebberij Dutch, Flemish
- boekennaam Dutch, Flemish
- boekenplank Dutch, Flemish
- boekenschouw Dutch, Flemish
- boekensteun Dutch, Flemish
- boekenvriend Dutch, Flemish
- boekenvriendin Dutch, Flemish
- boekenvriendschap Dutch, Flemish
- boekenwijsheid Dutch, Flemish
- boekenwurm Dutch, Flemish
- boekenzucht Dutch, Flemish
- boekerij Dutch, Flemish
- boekhandel Dutch, Flemish
- boekhouding Dutch, Flemish
- boekjaar Dutch, Flemish
- boeklong Dutch, Flemish
- boekmaag Dutch, Flemish
- boekpens Dutch, Flemish
- boekrecensie Dutch, Flemish
- boekstaaf Dutch, Flemish
- boekverluchting Dutch, Flemish
- boekwinkel Dutch, Flemish
- dagboek Dutch, Flemish
- dodenboek Dutch, Flemish
- doodboek Dutch, Flemish
- doopboek Dutch, Flemish
- draaiboek Dutch, Flemish
- gastenboek Dutch, Flemish
- geschiedboek Dutch, Flemish
- geschiedenisboek Dutch, Flemish
- getijdenboek Dutch, Flemish
- jaarboek Dutch, Flemish
- jeugdboek Dutch, Flemish
- kaartenboek Dutch, Flemish
- kinderboek Dutch, Flemish
- koken Dutch, Flemish
- kookappel Dutch, Flemish
- kookhok Dutch, Flemish
- kookkunst Dutch, Flemish
- kookplaat Dutch, Flemish
- kookpot Dutch, Flemish
- kookpunt Dutch, Flemish
- kookvis Dutch, Flemish
- logboek Dutch, Flemish
- luisterboek Dutch, Flemish
- naaiboek Dutch, Flemish
- notitieboek Dutch, Flemish
- overkoken Dutch, Flemish
- schetsboek Dutch, Flemish
- snelkookpan Dutch, Flemish
- snelkookrijst Dutch, Flemish
- spreekwoordenboek Dutch, Flemish
- stamboek Dutch, Flemish
- stripboek Dutch, Flemish
- waterkoker Dutch, Flemish
- wetboek Dutch, Flemish
- woordenboek Dutch, Flemish
- boec Middle Dutch
- cōken Middle Dutch
- boek Afrikaans
- buku Malay
- buku Brunei Malay
- boku Cia-Cia
- 보꾸 Cia-Cia
- boek
- koken
- boeken
- kookvis
- dagboek
- logboek
- kookhok
- kookpot
- wetboek
- stamboek
- boekerij
- boekdeel
- boekmaag
- boekpens
- kookpunt
- naaiboek
- boeklong
- boekjaar
- doopboek
- doodboek
- jaarboek
- kookplaat
- kookappel
- draaiboek
- kookkunst
- jeugdboek
- stripboek
- boekstaaf
- dodenboek
- overkoken
- schetsboek
- boekennaam
- kinderboek
- boekenkast
- boekenwurm
- gastenboek
- boekhandel
- boekwinkel
- waterkoker
- boekhouding
- boekensteun
- luisterboek
- notitieboek
- boekenzucht
- kaartenboek
- woordenboek
- boekenplank
- snelkookpan
- boekenvriend
- getijdenboek
- boekenschouw
- geschiedboek
- boekenkennis
- aantekenboek
- boekrecensie
- boekenliefde
- snelkookrijst
- boekdrukkunst
- boekbeschouwer
- boekenwijsheid
- boekenvriendin
- boekverluchting
- boekenliefhebber
- geschiedenisboek
- aantekeningenboek
- boekenvriendschap
- spreekwoordenboek
- boekenliefhebberij