wacht
Dutch (Brabantic)
/ʋɑxt/
noun
Definitions
- guard-post
Etymology
Inherited from Middle Dutch wachte inherited from Old Dutch wahta (guard, sentry, watch) inherited from Proto-Germanic *wahtwō (watch, guard, vigil, earth, mud).
Origin
Proto-Germanic
*wahtwō
Gloss
watch, guard, vigil, earth, mud
Concept
Semantic Field
Modern world
Ontological Category
Action/Process
Kanji
泥
Emoji
⌚️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- afwachten Dutch, Flemish
- buiten Dutch, Flemish
- buitenwacht Dutch, Flemish
- dijk Dutch, Flemish
- dijkwacht Dutch, Flemish
- hond Dutch, Flemish
- hondenwacht Dutch, Flemish
- huis Dutch, Flemish
- kust Dutch, Flemish
- kustwacht Dutch, Flemish
- lijf Dutch, Flemish
- lijfwacht Dutch, Flemish
- nacht Dutch, Flemish
- nachtwacht Dutch, Flemish
- opwachten Dutch, Flemish
- platvoet Dutch, Flemish
- platvoetwacht Dutch, Flemish
- post Dutch, Flemish
- rijk Dutch, Flemish
- rijkswacht Dutch, Flemish
- schild Dutch, Flemish
- schildwacht Dutch, Flemish
- sterren Dutch, Flemish
- sterrenwacht Dutch, Flemish
- strand Dutch, Flemish
- strandwacht Dutch, Flemish
- toren Dutch, Flemish
- torenwacht Dutch, Flemish
- verwachten Dutch, Flemish
- volk Dutch, Flemish
- wachten Dutch, Flemish
- wachter Dutch, Flemish
- wachtgeld Dutch, Flemish
- wachthuis Dutch, Flemish
- wachthuisje Dutch, Flemish
- wachtkamer Dutch, Flemish
- wachtlijst Dutch, Flemish
- wachtpost Dutch, Flemish
- wachttijd Dutch, Flemish
- wachttoren Dutch, Flemish
- wachtvolk Dutch, Flemish
- wachtwoord Dutch, Flemish
- *weǵ- Proto-Indo-European
- *wahtwō Proto-Germanic
- sekilwak Indonesian
- schiltwachte Middle Dutch
- wachte Middle Dutch
- wachten Middle Dutch
- wahta Old High German
- wahtari Old High German
- skildwag Afrikaans
- wag Afrikaans
- wagtoring Afrikaans
- wahta Middle High German
- Wuecht Luxembourgish, Letzeburgesch
- Wuechthond Luxembourgish, Letzeburgesch
- 𐍅𐌰𐌷𐍄𐍅𐍉𐌼 Gothic
- *wahtu gmw-pro
- wahta Old Dutch
- wacht Middle Low German
- wachten Middle Low German
- wachter Middle Low German
- wechter Middle Low German
- wahta Old Saxon
- *wahta, *wahtu Frankish
- *wahtwēn, *wahtōn Frankish
- agoaitar Old Occitan
- warda Papiamentu
- wahtari lng
- post
- hond
- volk
- dijk
- rijk
- huis
- kust
- lijf
- nacht
- toren
- strand
- schild
- buiten
- sterren
- wachter
- wachten
- platvoet
- wachttijd
- dijkwacht
- wachtpost
- wachtvolk
- opwachten
- afwachten
- lijfwacht
- wachtgeld
- kustwacht
- wachthuis
- nachtwacht
- verwachten
- torenwacht
- wachtwoord
- wachtlijst
- rijkswacht
- wachttoren
- wachtkamer
- hondenwacht
- schildwacht
- strandwacht
- wachthuisje
- buitenwacht
- sterrenwacht
- platvoetwacht